Vanwege internet gebrek, alle dagen in één keer - Reisverslag uit Queenstown, Nieuw Zeeland van Wim & Angela Kiewiet - WaarBenJij.nu Vanwege internet gebrek, alle dagen in één keer - Reisverslag uit Queenstown, Nieuw Zeeland van Wim & Angela Kiewiet - WaarBenJij.nu

Vanwege internet gebrek, alle dagen in één keer

Door: Angela

Blijf op de hoogte en volg Wim & Angela

19 Februari 2016 | Nieuw Zeeland, Queenstown

Zondag 14 feb.
Vandaag vliegen we naar het Zuid eiland. Om negen uur vertrokken we vanuit Cambridge om de auto op het vliegveld van Auckland in te leveren. Het vliegtuig van Air New Zealand was lekker ruim, er was een leuke bemanning en ik had een goed boek, voordat ik er erg in had waren we aan de landing toe. Het vliegtuig zakte prachtig mooi tussen de bergen door. Het leek soms of de vleugels de bergen bijna raakten. ( Dat hoefde dan ook weer niet van mij) Ook hier is het heerlijk weer en dat is toch treffen in een omgeving waar het, zoals ze in de boekjes schrijven, vaak regent. (zwartkijkers zeggen 360 dagen regen)
We gaan met de bus naar de stad. Dat is per persoon $12,- Niet om het een of ander, later zal blijken dat een taxi goedkoper zou zijn geweest. Dan komt iets waar we niet op hadden gerekend: We hadden kamers geboekt..maar...er heeft TAS achter het woord gestaan. Iets wat ons geen van allen is opgevallen. Dat is niet in deze Queenstown !! Dus een fiks probleem want de Queenstown waar we nu staan is totaal maar dan ook helemaal vol!! Van goedkoop tot schreeuwend duur, er is gewoon geen plek in de stad en het wordt ook moeilijk in de omgeving !! Het meisje achter de balie van de plaatselijke VVV doet haar stinkende best en na ongeveer een uur ( wat veeeel langer aanvoelde) heeft ze plek voor ons gevonden en ook voor morgen inclusief Mark en Tani die dan arriveren: Halleluja!! En er schijnt een shuttle naar toe te rijden die over 20 minuten wordt verwacht. Wim en Joseph scheuren een rondje door de plaatselijke Albert Hein en scoren daarnaast bij de Subway nog iets lekkers. Buiten adem komen ze aan op de plek waar Hannie en ik op de koffers staan te passen. Zij ! zijn mooi op tijd. Het busje laat echter op zich wachten.. dus maar weer naar de Info, vragen of we wel op de goede plek staan te wachten. Ja dus, het busje zal wel iets vertraagd zijn.. Na nog eens twintig minuten komt hij eindelijk. (duidelijk dus: er is achteraan gebeld) Het is misschien hooguit tien minuten rijden naar ons resort. We hebben per paar een kamer waar drie twee persoonsbedden op staan. Dat wordt dus kiezen waar te gaan slapen. Het is in de kamers op de berg nog steeds erg warm. En hoe vreemd, de bedden zijn opgemaakt met een electrische onderdeken erop. Beetje overdreven vind ik, ‘s nachts heb ik nog koud water in het bad laten lopen en heb daar lopen pootjebaden.
Van het thuisfront krijgen we nog een appje van Ingrid: Earthquake in Christchurch. Goed dat we daar nu nog niet zijn.

Maandag 15 feb.
De volgende dag moet de tweede huurauto ook bij het vliegveld worden opgehaald. We laten ons er naar toe rijden in een taxi. De chauffeur met een air als een Amerikaanse olie miljardair vertelt ons dat hij van duitse origine is, maar dat hij hier inmiddels al 40 jaar woont. Ik vraag hem of hij nog Duits spreekt. Dat had ik beter niet kunnen doen, want dat kon hij nog, maar ik kon hem in zijn moedertaal niet verstaan.
De tweede auto is een Toyota mini-van, Wim vindt dat ook deze auto prima rijdt. We gaan vandaag de omgeving van Queenstown bekijken. De Shotover river boottochten beginnen vlak bij ons hotel, dat hebben we dus al gezien. We zoeken eerst de Kawarau falls. Voor we er erg in hebben zijn we ze al voorbij. Ze liggen onder een griezelig, wiebelige hangbrug voor auto’s. En het waterpeil is nu in de herfst natuurlijk laag. Geen spectaculaire falls, maar dat geeft niet. We zitten op een weg die ons omhoog brengt en het uitzicht over het meer en de bergen is geweldig.
Wat ik van Queenstown vind dat is wat dubbel. Het wordt in hoge mate geroemd als zijnde de activiteiten hoofdstad. Het is hier tjokvol mensen en er lopen hier zoveel buitenlanders rond dat het bijna on-Nieuw Zeelands aandoet. Ik ben hier oud, ongeveer > tweemaal de gemiddelde leeftijd. Het is echt meest jongvolk dat hier is. Wanneer ik kijk en zie hoe de “Yup backpacker” zich voortbeweegt, dan vind ik het ook wel een beetje grappig om te zien. Ze hebben allemaal min of meer dezelfde gezichtsuitdrukking. Een semi nadenkende, onverschillige “ been there, done that” trek. Het is hier poepieduur, dus de gemiddelde jongeling moet, voor zowel accomodatie als activiteit, fiks “uut de buus” . De stad is een nederzetting van logementen en er worden er nog steeds meer gebouwd. Dat vind ik erg jammer, een beetje het Spaanse Costa’s syndroom. Dan maar met de rug naar de bebouwing gaan staan, de blik naar het meer en de bergen, want dat is tenslotte waar wij voor komen. Ik moet trouwens ook niet te negatief doen, want de sfeer is vrolijk en supervriendelijk..Er zijn leuke winkels . Joseph kocht een geheugenkaart voor in zijn camera voor $5. De jongen gaf te kennen dat het apparaat bijna antiek was..hij verkocht zulke kaartjes niet meer. Maar hij had in een doos misschien nog wel een tweedehandsje dat was blijven liggen. Wat rommelen en ja dus! En er was een gallery waarin schilderijen om van te watertanden hingen. Hierdoor krijgt Wim weer enorme drang om te schilderen, maar wanneer moet hij het doen? We hebben het super druk met van alles te zien en te beleven.
Om 4 uur halen we Mark en Tani van het vliegveld. Dat is een leuk gevoel! Zo ver weg en toch zo dichtbij!! De appjes van het thuisfront geven hetzelfde gevoel. De achtergebleven offspring en de kleindochters doen het goed en zijn met regelmaat te zien of te horen.
‘s Avonds proberen we onderdak te regelen bij Lake Wanaka of Te Anau. Dat valt nog niet mee. Zit dan iedereen in Nieuw Zeeland ineens in deze hoek? We bekijken de weersverwachting en besluiten een andere route te gaan volgen. Er is regen op komst en voor Milford Sound willen we graag goed weer. We gaan dus eerst oostwaarts, naar Dunedin. Het wordt overnachten in Roxburgh en Karitane. De eerste drie nachten hebben we weer slaapplek pfff.

Dinsdag 16 feb.
Arrowtown it is! Hier werd vroeger goud gevonden en dat gaan we ook proberen! Het schijnt dat het zwarte zand in de rivier even zwaar is als goud en dat je dus daar moet zoeken. We huren een soort schaal met een schepje en een gebruiksaanwijziging en we gaan erop af. Schoenen uit, de rivier in en nu maar hopen dat we geluk hebben en iets vinden! Het is warm, de zon schijnt, er is stromend water en zowaar ook een paar stukjes goud! Kleiner dan een speldenknop, maar het gaat mee naar huis. Wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd. Dan na zulk zwaar en verslavend werk een picknick op het gras in de schaduw van een grote boom. Het stadje lijkt een soort van openlucht museum en toch functioneert het geloof ik nog als woonplaats. Er zijn in ieder geval nog winkels. Ik koop bij de plaatselijke drogist snel o.a. een doosje om mijn haren tzt bij te kleuren. (de grijze massa rukt op).
Het is oogsttijd van het fruit en je kunt het bij stalletjes op straat te kust en te keur kopen. Dat doen we natuurlijk. Kersen, pruimen en abrikozen. Ik heb nog nooit zulke lekkere geproefd. We verlaten de stad voldaan en gaan via haarspeldbochten naar Lake Wanaka. Het uitzicht van deze rit doet ons weer versteld staan. Nu lijkt het alsof we soms in Toscane zijn. Kaarsrechte Cypressen staan in het landschap beneden ons, de kleuren doen je ook aan Italie denken. Beneden gekomen aan de andere kant van de berg is het ietsje betrokken. We zien natuurlijk het meer, maar de Mount Aspiring is niet helemaal zichtbaar. De top zit in de wolken, jammer maar toch ook weer fantastisch. We drinken koffie op een terrasje bij een echte Barrista. Een specialist op het gebied van koffie. Dat geloven we meteen want we moeten twintig minuten wachten op een kopje koffie. Ik meen te hebben begrepen dat de bonen per kopje worden gebrand. We rijden weer met de koppen vol met indrukken door naar ons onderkomen in Roxburgh. De kok moet nog aan de slag. Hij heeft er trouwens tegenwoordig een bijbaan bij als fotograaf. Joseph van Tellingen. Dat is mooi, heeft hij ook iets om handen want we hebben al enkele dagen buitenshuis gegeten. Gister Thai, een door ons alle zes gewaardeerde maaltijd.

Woensdag 17 feb.
We rijden door een landschap van helder blauwe of groene meren en rivieren, ingeklemd tussen knotsen van bergen. Ik heb echt het gevoel dat ik als in een soort filmscene wordt vervoerd door een landschap van Lord of the Rings. Het is zoals Tani het noemt een dramatisch landschap. Soms rotsformaties zoals de pancakes, dan weer dat je ze zomaar namen zou kunnen geven, zoals bijvoorbeeld de neus, de kaak, man met hoed, of klein Amerika. Ik zag bijna de vier hoofden van de presidenten. Roofvogels zeilen op brede vleugels door de strak blauwe lucht, spiedend naar prooi beneden hen. Onder hen vele schapen en koeien, soms geiten en herten. Anders dan op het Noord eiland nu Europees uitziende bomen, wel veel groter natuurlijk want ze hebben hier pokon in het grondwater.
De rit naar Karitane zou in twee uur hebben gekund. Dat lukt ons natuurlijk niet. We stappen regelmatig uit om het moois op ons in te laten werken.
In Dunedin gaan we naar het Octagon. Een klein stukje groen midden in de oude stad. Daar gebruiken we de lunch op de trappen van het park, met achter ons de St. Pauls. Dat is nu een Anglicaanse kerk. Het leeuwendeel voor de bouw van deze kerk is betaald door een rijke schotse walvisvaarder. Al kauwend op m’n broodje denk ik erover na, Schotland was toch Katholiek? Zou de beste man dan nu van dolligheid omgedraaid in zijn graf liggen? De kerk is mooi, maar natuurlijk geen rozenkrans voor Trees. We zwalken verder, veel mooie oude gebouwen zijn hier bewaard gebleven. De Municipal Chambers, de first Church en natuurlijk het station. Dat vond ik het mooiste. Mozaiek vloeren, glas in lood ramen, gietijzeren trap naar een vide en een perron dat in een Harry Potter film niet zou misstaan. Aan de buitenkant is er ook veel aandacht aan verfraaiing besteed. Zoveel dat de architect de bijnaam kreeg “Gingerbread George” (zoiets bedoelend als het huisje van Hans en Grietje)
Nog even boodschappen doen en dan richting Beachhouse in Karitane.
De eigenaresse heeft aan Tani doorgegeven dat in het dorp niet kan worden gepind, dus misschien ook geen winkels? Het huis is werkelijk waar een oase van rust en straalt vriendelijkheid uit. Ik zou hier zo 14 dagen in kunnen verblijven. Wim vindt dat ik een te romantisch kijk op zaken heb. Praktisch gezien zijn er natuurlijk wel verbeterpunten, maar Wim leest geen boeken van Agatha Christie of Maeve Binchy. Ik voel me hier als een vis in het water. (oké we hadden geen deur in onze slaapkamer en we hadden een overstroming bij de wasmachine, so what? )
Anekdote nummer zoveel: aangezien we hier twee nachten gaan verblijven dacht ik dat het een mooie tijd was om mijn haren te verven.. Ik vraag dus aan Wim of hij de verf er even in wil smeren. (Dat doet hij anders ook en hij wil het natuurlijk wel even doen) Hij merkt op dat het anders ruikt dan in Nederland. Ja, zeg ik, dat lijkt me logisch, het is ook een buitenlands product. Een kwartiertje later zegt Wim dat het eigenlijk best wel wit eruit ziet. Ik denk, ik spoel het er dan wel wat eerder uit.. Nou..het is echt een spierwitte band in het scheidingsgebied geworden. Blijkt dat er op het pakje staat dat het voor highlights is (woehahaha) Dat wordt dus een tijdje geen foto's van mij die van bovenaf zijn genomen. Of anders ingevlochten haar dragen?

Donderdag18 feb.
De Moeraki boulders liggen een klein half uurtje noordwaarts en daar gaan we dus naar toe. Het zijn geheimzinnige keien, ongewone reuzenkogels met een omtrek van 4meter. Geologen zeggen dat het 60miljoen oude steenblazen zijn. Helaas.. het is hoog water. We kunnen er wel naar toe lopen maar het water is nogal onstuimig. We balanceren strak onder de rand van de duinen/rotsen langs. Als zo’n golf komt dan spoelt het onmiddelijk ook tot boven mijn knieen. Als je pech hebt dan dreunt hij tegen de rots en de terugslag spat je dan helemaal nat. Ergio conclusio: 5 maal zeer natte broekspijpen. Joseph ging op tijd terug, en zag dat het goed was.
De middag werd besteed op het Otago Peninsula waar we Albatrossen zagen vliegen. Er waren er enkele met een spanwijdte van zo'n drie meter! Majestueuze vogels die soms een heel jaar niet aan wal komen. Eens per twee jaar krijgen ze 1 jong. Dat proppen ze dan vol tot het twaalf kilo weegt en voor zichzelf kan zorgen. We zagen drie nesten met nog vrij jonge kuikens. Wat ik ook weer erg grappig vond, is dat Walt Disney in De reddertjes in Kangeroe land de Albatros precies zo laat vliegen en landen zoals ze in het echt doen.
En Wim heeft een foto gemaakt waar de vrouwelijke bioloog lyrisch van werd. Zij riep iets van A giant petrell! Een stormvogel die ook daar niet veel voorkomt. Nu maar even op internet uitzoeken wat voor speciaal dier het is.

  • 20 Februari 2016 - 20:07

    Dieneke :

    Weer een mooi verhaal, ik geniet een beetje met jullie mee. Nog veel plezier

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Wim & Angela

Actief sinds 07 Feb. 2010
Verslag gelezen: 157
Totaal aantal bezoekers 17941

Voorgaande reizen:

28 Januari 2016 - 03 Maart 2016

Nieuw Zeeland deel II

14 Februari 2010 - 26 Maart 2010

Aussie here we come!

Landen bezocht: